zaterdag 19 november 2011

Méér belasting, alstublieft!

"Wij willen méér belasting betalen!" De hartekreet kwam deze week van een groep Amerikanen, die graag zelf een grotere steen bijdragen aan de crisisbestrijding. Hoe kwamen ze tot die gedachte, zou je je afvragen. Simpel: onder Bush Jr is die groep extreem bevoordeeld en het welvaartsverschil werd groter dan ooit. Zelf spreken ze van 'onbeschaamd'. En dat de armoe in de USA torenhoog werd, is algemeen bekend. Obama heeft daaraan nog niet veel veranderd, helaas. Dezelfde denivellering als het Nederlandse kabinet nastreeft. Ziet u in Nederland een zelfde protest ontstaan?

Een Charlie Aptroot, het boegbeeld van hardrijdend Nederland, die zijn Jaguar vervangt door een Smart? Of zijn landgoed inruilt voor een Vinexwoning? Hans Hillen, de nicotinelobbyist van het Christelijk Ondemocratisch Appél, die Emile Roemer vraagt naar de SP-afdrachtregeling? Minister Schippers, die maatregelen neemt zónder daarbij rekening te houden met haar toekomstige bonussen vanuit de farmaceutische industrie?

Nee, ondenkbaar. In Nederland koesteren we de zelfverrijkende bankiers, de mediatycoons, de Harrie Mens-en en zijn even discutabele volgers, en vul het rijtje zelf maar aan.

Het kabinet loopt wel te hoop tegen het gebruik van het h-woord. De hypotheekrenteaftrek. Heilig, hoewel ze weten dat het onvermijdelijk is die regeling vroeg of laat aan te pakken. Nooit ingaan op voorstellen van de oppositiepartijen, maar zeggen dat het onbespreekbaar is. En waarom? Niet vanwege de effecten ervan: die zijn aantoonbaar minimaal en slechts merkbaar voor hen die het niet zullen merken.
Nee, vanwege het verlies aan stemmen dat die stap zeker oplevert. En stemmen zijn macht. Ook daar likt rechts Nederland zijn vingers bij af. Of ze nou Mark, Maxime of Geert heten: ze smachten naar meer macht. Enge gedachte.

Geheel in lijn zaterdag een nieuw VVD-hersenspinsel: pak de uitkering van de Occupy-demonstranten af. Dus bescherm de bankiersbonussen, en pak de mensen aan die tegen de bonussen protesteren. Begrijp me goed: ik heb geen enkel gevoel meer langzamerhand bij die Occupyjongens- en meisjes, maar dit is tekenend voor de repressieve sfeer waarmee de gedoogrommel ons land heeft opgezadeld.

En wat gebeurt er inmiddels in de Verenigde Staten? Daar lijken de Republikeinen oren te hebben naar de hartekreet van de rijken. En geloof me: die Republikeinen zijn nog veel rechtser dan de oerconservatieven van hardrijdend Nederland.

zondag 6 november 2011

The Zombies: 50 years in concert

Voor de zesde keer in zeven jaar ben ik erbij, als The Zombies afgelopen vrijdag in de Zoetermeerse Boerderij optreden. Het lijkt misschien of deze band al een eeuwigheid bestaat. Nou, dat klopt ook wel, want ze vieren in 2011 hun 50th Anniversary. Logisch dat veel jongeren ze niet kennen en net zo logisch, dat de gemiddelde leeftijd van het publiek hoger ligt dan mijn 53 lentes. Eén van de leuke kanten van The Zombies vind ik, dat de bepalende gezichten van de Britse band nog altijd van de partij zijn: Rod Argent en Colin Blunstone. Over hen verderop meer.

Als Colin en Rod way back in 1961 voor de allereerste keer willen repeteren, worden ze geholpen door Jim Rodford, een plaatsgenoot van Rod Argent. Jim  is een uitstekende bassist, maar hij speelt niet mee met the boys. Wel regelt hij de apparatuur, en geeft tips aan de 16-jarigen Colin en Rod (hun geboortedagen liggen slechts 10 dagen uit elkaar)
Grappig is dat Jim zich wél bij The Zombies aansloot toen Argent en Blunstone in 2004 de band nieuw leven inbliezen. Jim had eerder in Rod's band 'Argent' gespeeld en daarna maar liefst achttien jaar bij The Kinks. Rodford is nog steeds een uitstekende bassist. Maar met zijn kleine postuur, kalend hoofd en ogenschijnlijk tandeloze mond moet ik in het begin altijd even gniffelen om zijn verschijning. (Doet een beetje denken aan het kleine, oude mannetje dat de flauwiteiten van wijlen Benny Hill nóg zoutelozer maakte). Maar aan het eind van het optreden is er slechts bewondering voor het goede spel van Rodford. Zijn zoon Steve is overigens sinds 2004 de drummer van The Zombies, en beheerst nog veel meer instrumenten. De appel en de boom, je kent het gezegde.

Steve Rodford is een zeer goede drummer, strak en stevig. Zijn houding achter de drums doet vreemd aan. Hoofd meestal strak naar links of naar rechts gedraaid. Bovenlijf achterover hellend alsof hij op een achtbaan van de grootste hoogte in de diepste diepte wordt geschoten. En dan maar rammen met die stokken! Vreemd misschien, maar zijn spel is goed en daar gaat het om.

De gitarist zit nu 18 maanden bij de band, maar ik kende hem nog niet: Tim Toomey. De voorgaande keren bewonderde ik Keith Airey - wat een veelzijdig talent is dat - maar Toomey blijkt ook erg goed. Vooral op de akoestische gitaar, als je op het publiek afgaat. Maar ik vond hem ook heel goed op de elektrische snaren.
Komen we bij de hoofd-Zombies.

De bekendste is ongetwijfeld Colin Blunstone. Na de eerste zes jaar Zombies heeft de man onder andere een best succesvolle soloperiode gehad. Later heeft hij een wereldhit met Alan Parsons Project door Old and Wise te zingen. En nu alweer een tijd terug bij The Zombies. 66 jaar oud. Zijn soms wat iele en hoge stem is nog steeds onovertroffen. Colin beweegt zich nauwelijks op het podium, maar als hij even geen zangpartij heeft, doet -ie drie stappen terug, sluit zijn ogen, kin een beetje omhoog en lijkt weg te zweven. Zijn armen slap langs het lichaam, en maar met zijn vingers knippen. En zijn mond gaat vaak langzaam open en dicht, als een guppy naast de vissenkom. Die omhoog staande kin gunt ons een blik op een nek die wat aan die van een kalkoen doet denken. Maar niet vreemd toch, op die leeftijd? Zijn donkere haar (ongetwijfeld geverfd) is lang en golvend. Het zwarte pak met zwart t-shirt maakt het beeld compleet. Een nette, bijna modieuze verschijning.

Hoe anders is dat bij Rod Argent. Argent is een enigszins woest uitziende toetsenist die vaak over zijn Hammond en andere keyboards hangt als hij zijn solo's afwikkelt. Rafelige spijkerbroek, grijs t-shirt, lang haar en een zichtbaar goed afgetraind lichaam. Als je dichtbij genoeg staat, kun je zijn woeste oogopslag zien. Grappig is dat hij prachtig, verstaanbaar en accentloos Engels spreekt. Argent praat de meeste nummers aan elkaar en zijn verhalen over songs en (ex-)bandleden zijn leuk en goed te volgen. Solo's zijn vaak lang maar erg vast, en ik vind ze gewoon prachtig. Bij sommige nummers spelen de keyboards een ondergeschikte gevoelige rol en ook dat gaat Argent goed af.

Maar wat spelen ze dan? Nou, veel nummers die ze iedere keer weer spelen. En het leuke is dat veel mensen vaak niet weten dat die wel degelijk bekende nummers van The Zombies, Argent of Blunstone zijn. Time of the Season was hun grootste hit, wrang genoeg toen ze eigenlijk nét uit elkaar waren. Andorra, What becomes of the broken hearted, Hold your head up, Mystified, I don't believe in miracles, She's not there (jazeker!), God gave rock 'n roll to you. Okay Summertime is van een zekere G. Gershwin, maar The Zombies maakten er een hit van.
Eerder dit jaar komt hun nieuwe album uit: Breathe Out, Breathe In. En ook daarvan spelen ze een paar erg goede songs. Kortom: nog altijd griezelig goed, die Zombies. Op naar de 51, en tot volgend jaar.

vrijdag 21 oktober 2011

Afscheid

De heftige beelden van een uit mekaar brokkelende Khadaffi hakten er in bij me. Zoals dat levenloze lichaam daar lag, laat je dat zelfs niet helemaal koud als je weet wat een schandalige hardvochtige en barbaarse dictator hij was. En ook nog behoorlijk krankzinnig, als je die pogingen tot toespraken de laatste maanden zag. Exit Khadaffi.

Ander goed nieuws: de ETA legt nu echt de wapens neer. Al vaker min of meer aangekondigd. Maar nog nooit echt gedaan. Tot donderdag dan. Zal nooit de paniekbeelden vergeten van het leegstromende station in Madrid, tot het moment dat de volgende bom afging. Overal bloed en tranen. Walgelijke lafaards. Exit ETA.

En dan Rita... Achternaam Verdonk. Pas geleden nog op TV te zien in de serie "Kijken in de ziel van...". Verbaasde me al. Als je geen hart hebt, heb je dan wel een ziel?
Rita Verdonk zag vandaag het licht. Stapt per direct uit de politiek. Klonk als een passagier die nog een week doorsliep in een stilstaande trein, en dan toch maar uitstapt. Rita, zát je dan nog in de politiek, meid? Met die TON-hobbyclub voor wannabepolitici en gefrustreerde zakenlui? Ooh, dat noemde jij politiek. Altijd al vreemd gevoel voor humor gehad, die Rita. Exit Rita.

Al met al dus een een hoop afscheid in deze topweek! Hoorde net nog dat Voetbal International de Televizierring wint. Neem aan dat de AVRO na zo'n uitslag van hun troetelkindje, nog vandaag hun afscheid aankondigt als publieke omroep. Exit AVRO?

zondag 16 oktober 2011

De Kast

De laatste tijd ben ik bezig met het opnieuw inrichten van de eerste verdieping van mijn huis. Een week of twee terug moest ik een klerenkast uit elkaar halen. Een eenvoudige dubbeldeurskast. Links hangen, rechts planken. Geen topkwaliteit. Niet duur. Geen Ikea, want geen inbussleutel nodig. Het demonteren verliep voor mijn doen vrij rimpelloos. Na slechts één pleister stonden alle zijpanelen, boven- en onderkant, planken, stootrand en achterwanden op zolder.

Iets meer dan een week later - de onzekerheid overwonnen - vind ik het tijd de kast weer in elkaar te zetten. Althans: een poging te doen. Het lijkt me goed dit nu eens heel planmatig te doen. Alle delen die in elkaar geschroefd of getimmerd moesten worden, alvast uitspreiden. Schroeven en spijkers klaarleggen; meest geschikte gereedschap ernaast. Dan een keer of vier kijken of ik alles goed heb bedacht. Volgens mij wel! Ik schroef drie grote delen aan elkaar. Zweetdruppels van mijn voorhoofd spatten op het wit gelakte hout. Kijk nog een keer goed, probeer me voor te stellen hoe ik de kast straks overeind zet...

Wel verdomme! Heb ik die onderkant toch achterstevoren erin gezet! De onderkant is in mijn geval de omgekeerde bovenkant. Vol ergernis, zelfverwijt en herkenning schroef ik alles weer uit elkaar. Gelukkig ben ik nog niet zó heel ver.

Inmiddels zit mijn kat op de bovenste trede van de zoldertrap. Ze loert over de vloerbedekking naar mijn geworstel. Haar blik verraadt verbazing. En ook angst. Waarschijnlijk denkt ze dat ze nooit meer over de zolder kan lopen zonder een reële kans op een instortende klerenkast.
Dat is natuurlijk zwaar overdreven. Want het in elkaar zetten van de kast verloopt verder vlekkeloos. Behalve die zweetdruppels dan. Als laatste moeten er twee van die stukken hardboard als achterzijde in. Dat geeft nog wat kopzorgen. De randen zijn nogal dun. Waar een spijker na twee tikken moeiteloos door het hardboard schiet, weet ik dat de spijker zijn doel miste. Die steken dan dwars door de achterwand, en die zal ik terug moeten tikken en vervangen door een nieuwe.
Na ook dat probleem te hebben opgelost, zet ik de kast overeind en op zijn plaats. Hij staat, en hij staat nog steeds! Ik durf er alleen nog niets in te leggen.

zondag 17 juli 2011

North Sea Jazz Revisited

Vorige zondag was ik in Rotterdam op de slotdag van het North Sea Jazz Festival. Niks bijzonders misschien; er waren nog zeker 25.000 andere bezoekers. Maar voor mij was het wel speciaal om na een pauze van een jaar of zeven me weer eens in de muziekstroom te storten die we - in ieder geval dit weekend - jazz noemen.

Bij de Haags-Scheveningse versie van het NSJ was ik jarenlang vaste klant. Meestal ging ik meerdere dagen naar het Congresgebouw en dook met veel plezier onder in de mensenmassa. Genoot van bluesgiganten als BB King, Luther Allison of Buddy Guy; luisterde naar heel wat jazzmuziek die ik normaal nooit in mijn stereo zou stoppen, en zag toppers als Van Morrisson en Carlos Santana. Voelde me als een vis in het water bij het door Paul Ackett bedachte festival.

Maar het karakter van het festival veranderde. Steeds méér popmuziek zonder echte link naar enige jazzvorm. Veel bezoekers kwamen slechts voor het 'avondje uit' en niet voor de muziek, en gedroegen zich daarnaar. Het aantal bezoekers werd ook veel te groot. Meer dan eens kwam je een zaal van een artiest niet meer in, ook al stond je er al een uur vóór het begin! En de toegangsprijzen en die van de catering groeiden net zo hard mee. Kortom: ik haakte af en vond het niet eens zo erg!
Een paar jaar geleden verhuisde het NSJ om allerlei redenen van Den Haag naar Rotterdam Ahoy'.

Het trok me sindsdien nóg minder. Tenminste: dat dacht ik. Want een paar weken terug ging het kriebelen. Hoe zou de sfeer zijn in Ahoy'? Is het inmiddels weer wat meer een jazzfestival geworden? Zal er meer ruimte zijn in Ahoy' dan in het verouderde Congresgebouw? Wie spelen er deze keer eigenlijk?

Die laatste vraag lost zich op via de website, en binnen enkele minuten zit ik al te twijfelen tussen de vrijdagavond (BB King en Paul Simon) en de zondagavond (Jan Akkerman en Tom Jones). De populairste avond - de zaterdag - is voor mij het minst aantrekkelijk. Ik kies voor de zondag. Na betaling van 97 euro voor de dagkaart wordt me duidelijk, dat op dit punt de tijd zeker niet heeft stilgestaan.
Ik laat de plusconcerten aan me voorbij gaan, inclusief Prince wiens muziek me geen millimeter boeit.

De zondag blijkt een goede keuze, alleen al qua weer. Warm en zonnig; perfect festivalweer, terwijl het vrijdag en zaterdag veel regende. Half vier. Ahoy' loopt vol. Ik maak een eerste verkenningsrondje. De grote Nile-hal (alle podia zijn genoemd naar een rivier) is praktisch leeg, een klein uur voor het begin van de Jan Akkerman Band. Het valt me op dat alle doorgaande routes ruim opgezet en hel verlicht zijn. De horeca is veelzijdiger dan in Den Haag, ongeveer net zo duur. De kwaliteit van het eten blijkt later wat minder te zijn dan destijds. Gelukkig ook diverse buiten-podia: belangrijk voor de sfeer!

Het eerste concert dat ik volledig bijwoon is Jan Akkerman. Nog nooit live gezien, maar staat wel al lang op mijn lijstje. Het concert en de band zijn goed. Genoeg jazzraakvlak qua muziekkeuze. Bekende trompettist Eric Vloeimans speelt paar nummers mee, net als later een paar rappers (not my piece of cake). Akkerman speelt nog altijd virtuoos, prachtig! Zelfs een erg originele cover van Paul Weller's You do something to me, misschien wel mijn all-time favorite popsong! Aan het eind de bekende Focus-hits uit de jaren 70. Ook prachtig, eerste keer dat ik die live hoor. Kortom: perfect concert, en ik krijg het steeds beter naar mijn zin!

Dan eerst een stukje Dr. John: een leuke, beetje gekke Amerikaan die al sinds de Sixties in de scene zit. Maar het geluid in de Maas - de 'echte' Ahoy' zal ik maar zeggen - is erg slecht. Iedere percussietik hoor je even later uit de lege achterzijde van de zaal nog een keer langskomen. Even een klein uur rondkijken, wat drinken, wat eten.

En dan weer terug naar de Nile, op naar
Tom Jones. De zaal is opvallend leeg, kort voor het begin. Ik sta bijna vooraan. Vanaf het eerste nummer speelt de 71-jarige Tom de zaal helemaal plat. Alle hits komen voorbij, leuke chats tussendoor ter toelichting, hij vergeet de soul en funky nummers niet. Kortom: wat mij betreft de grootste verrassing van de avond. Wat een showman, wat een ervaring, en wat een stem niet te vergeten! Absolute top, en een perfecte band. Als ik rondkijk, zie ik dat de tribunes en de zaal inmiddels afgeladen zijn! Mooi, Tom krijgt de waardering die hij verdient. Dat ik déze man niet eerder heb zien optreden, is duidelijk een fout geweest.

De rest van de avond vul ik met minder grote namen. Een klein stukje Eddie Palmieri Quartet: leuke vrolijke jazz. James Blake: niet de Amerikaanse tennisser maar een tip van vrienden. Hele aparte muziek met veel vreemde geluiden en stemmen, maar zeker boeiend. Als de zaal niet zo adembenemend vol en warm was geweest, was ik wat langer gebleven. Zuurstof, zuurstof!!

Ook nog Schradinova, de band rond zangeres Janne Schra. De vroegere zangeres van Room Eleven. Een leuk enthousiast concert met goede musici en mooie muziek. Janne is een erg goede zangeres die veel contact zoekt met het publiek. Dat gaat soms niet helemaal vlotjes; nog maar eens proberen in een kleinere zaal, dan lukt het vast beter. Mijn laatste stop is het Branford Marsalis Quartett. Velen met mij waren hetzelfde van plan. De zaal is afgeladen en nu zelfs afgesloten. Dit gaat even niet lukken voor mij.

Jammer, een wat abrupt einde.
Maar de dag was meer dan geslaagd, het NSJ in Rotterdam is top verzorgd en voor herhaling vatbaar. Paul Ackett zou tevreden zijn.

maandag 10 januari 2011

De Roomse zonderling spreekt

Klein berichtje in De Telegraaf: de paus heeft gezegd dat hij meer kinderen wil met christelijke namen. En waarom? Omdat zo'n christelijke naam de verbondenheid met de Roomse kerk toont. Tsja, hij maakt zich er blijkbaar druk om. Ik heb sterk het idee dat deze wereldvreemde clown met zijn lange jurk zich beter op zijn interne organisatie kan richten. Zorg ervoor dat de wereld niet meer aan vieze dingen hoeft te denken als je de woorden "kind" en "christelijk" in één en dezelfde zin gebruikt. Draai niet langer om de schandalen heen, biedt als eindverantwoordelijke je excuses aan op je knieën, dieper dan je ooit bij een buitenlandse reis hebt gedaan. En hoop dat niet één direct of indirect slachtoffer zich tekortgedaan voelt in materieel of immaterieel opzicht. Als je dát punt bereikt hebt, maak je dan gerust weer druk om de voornamen die papa's en mama's over de hele wereld aan hun kinderen geven. Maar hou je nu voorlopig maar even bezig met echt belangrijke onderwerpen, wereldvreemde kerkleider!